Kansen voor een duurzame landbouw in Vlaanderen

‘Kansen voor een duurzame landbouw in Vlaanderen’ is de titel van de visienota van de Strategische Adviesraad LANDBOUW – VISSERIJ (SALV).
Op woensdag 10 mei 2023 werd het document besproken in de Commissie voor Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid van het Vlaams Parlement.

De SALV is een adviesorgaan, waarin heel wat instanties betrokken zijn (landbouworganisaties, de voedingsindustrie, middenstand, het landbouwonderwijs, milieu- en natuurorganisaties en consumentenverenigingen)”, zegt Vlaams volksvertegenwoordiger Ludwig Vandenhove. “Het gevolg is dat er altijd compromissen moeten bereikt worden tussen organisaties, die bepaalde andere maatschappelijke visies hebben, ook over de toekomstige richting van de landbouw. Zo wordt er gekomen tot eerder algemene stellingen.

De visienota van de SALV bevat heel wat goede suggesties en ideeën waar bij manier van spreken niemand iets op tegen kan hebben. Maar al snel blijkt dat, afhankelijk van welke organisatie, het document anders gelezen en/of geïnterpreteerd wordt.
Hetzelfde geldt voor de politieke partijen, zoals al snel bleek bij de hoger aangehaalde bespreking
.

Ik heb namens VOORUIT al vaak gepleit om in het Vlaams Parlement een fundamenteel debat te voeren over de toekomst van de landbouw in Vlaanderen. Dat debat wordt echter altijd maar uit de weg gegaan. Deze visienota zou nochtans de basis kunnen vormen voor zulk een discussie.
Diegenen, die zich voordoen als de echte verdedigers van de landbouw in Vlaanderen zijn eerder kortzichtig en conservatief en beseffen niet dat ze daarmee de sector net geen duurzame vooruitzichten garanderen.

Ik maakte de volgende opmerkingen en/of stelde de volgende vragen:

-als VOORUIT kunnen wij in grote lijnen akkoord gaan met deze visienota, maar de praktijk en de concrete dossiers zijn meestal anders, zelfs tegengesteld. Dat geldt zeker voor de Boerenbond (BB), nochtans ook lid van de SALV;
-de rol van de overheid is cruciaal in het toekomstig landbouwbeleid. Maar er is een (grote) tegenstelling tussen het woord interventie dat vaak terugkomt in het document, dus meer overheid, en de praktijk waar het bijna ‘vrijheid blijheid’ is voor de sector.
In het besluit is zelfs sprake van een “daadkrachtige overheid” om “uitwerking te geven aan een breed gedragen, samenhangende visie op de toekomst van de landbouw”.
Wat is het nu?;
-is er voldoende aandacht voor ecologische en duurzame aspecten?
Mag iets meer zijn;
-het probleem van de toegang tot grond, zeker voor jonge landbouwers, is één van de problemen, die aangehaald worden.
Hoe is het dan te verklaren dat zowel viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen Bart Somers (Open Vld), als Vlaams minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en Landbouw Jo Brouns (cd&v) de studie langs zich neerleggen van het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO) waarin wordt gepleit dat openbare besturen, vooral gemeenten, iets beleidsmatig zouden doen met eigen landbouwgronden in plaats van ze gewoon te verkopen om de gemeentekas te spijzen? (1)(2); 
-er is weinig aandacht voor de specifieke problemen van de fruitsector (onder andere de noodzakelijke diversificatie qua rassen en de nood aan nieuwe rassen als gevolg van de klimaatproblematiek);
-hoe ziet de SALV de rol van gemeenten in het toekomstig landbouwbeleid en in de lokale voedselvoorziening?
De gemeenteraadsverkiezingen in 2024 zijn de ideale gelegenheid om daar de aandacht op te vestigen;
-er wordt met geen woord gerept over de Nationale Parken en Landschapsparken.
Ik herhaal: zij kunnen een meerwaarde bieden voor een echt Vlaams breed plattelandsbeleid. (3);
-wat is de houding van de SALV ten opzichte van het nieuwe op stapel staande pachtdecreet?;
-“Milieuzorg blijft veelal een kost (voor de landbouwer)”.
Ik ben het eens met de stelling dat de landbouw een bedrijfssector is. Maar dan moet de landbouw zich in het debat rond leefmilieu, klimaat en biodiversiteit ook zo beschouwen. Voor andere sectoren betekenen deze fenomenen eveneens een kost.
Is dat niet normaal? Het gaat uiteindelijk om een maatschappelijke kost;
-er is inderdaad een toegenomen polarisering in het maatschappelijk debat rond landbouw. Maar heeft dat niet vooral te maken met de houding van de BB, die alles zoveel mogelijk bij het oude wil laten en te weinig rekening houdt met bepaalde maatschappelijke evoluties.

Kortom: een interessant document, maar wat zal er verder politiek en maatschappelijk mee gebeuren?”