Zomerscholen: goed, maar…

“De zomerscholen zijn volgens sommigen een succes. (1)(2)
Ik blijf er met de nodige nuance en vragen naar kijken”, zegt Vlaams volksvertegenwoordiger Ludwig Vandenhove.

De aantallen: 170 zomerscholen, 782 zomerklassen, meer dan 10 000 leerlingen.
De interesse was groter dan het aanbod.

Een grondige evaluatie dringt zich op: wetenschappelijk, pedagogisch en politiek.
Laten we daar maar eens een echt debat aan wijden in het Vlaams parlement”, aldus Ludwig Vandenhove.

Elk kind in Vlaanderen heeft recht op dezelfde onderwijskansen.
Het is een groot probleem om dit waar te maken en Corona heeft deze situatie nog verslechterd.
We moeten ervoor zorgen dat de zomerscholen, die initieel bedoeld zijn om kinderen, die als gevolg van Covid-19 een leerachterstand hebben opgelopen, net die onderwijsongelijkheid niet doen toenemen. Met andere woorden, zijn de beoogde doelgroepen bereikt? Daarom is het belangrijk om te analyseren welke kinderen nu net deze zomerscholen gevolgd hebben. Bovendien gaat het over een fundamentele keuze: ofwel gaat het om een vorm van onderwijs, wat het nu is, ofwel is het een vorm van kwalitatieve vakantiewerking.

Maar buiten dit fundamenteel debat over de uitgangspunten, stellen er zich nog heel wat vragen.
Het gegeven van al dan niet vrijwilligheid: voor de scholen en/of organisaties, die het inrichten, voor de betrokkenheid van studenten van hogescholen en/of universiteiten, voor diegenen, die het volgen, voor de leerkrachten en/of andere personen, die ingeschakeld worden.
Wat met die gemeenten, waar er geen zomerscholen worden georganiseerd?
De financiering: blijft Vlaanderen financiering voorzien en in welke mate?
Hoe een minimale kwaliteit garanderen: aan welke praktisch en inhoudelijke criteria moet een zomerschool zeker voldoen?
Etc.

Het is de taak van de Vlaamse minister van Onderwijs om deze evaluatie grondig te (laten) maken. Maar ook in Limburg is er werk aan de winkel.
Waarom bekijkt de Limburgse gedeputeerde van Onderwijs niet in welke mate deze zomerscholen, al dan niet in een aangepaste vorm, kunnen bijdragen om de leerachterstand in Limburg ten opzichte van de rest van Vlaanderen te verminderen? Dan moet hij wel eerst aandacht krijgen voor dit specifieke Limburgse gegeven.

Zomerscholen positief? Ja, als er nog heel wat vragen beantwoord worden en heel wat onduidelijkheden uitgeklaard worden.”