Politieacademie ‘Wie controleert de politie?’ succes!
Op woensdag 6 december 2006 vond de laatste politieacademie van het jaar plaats.
Het was een succes, zowel inhoudelijk, als qua opkomst (een 70-tal aanwezigen).
Spreker was de heer André Vandoren, voorzitter van het Vast Comité voor Toezicht op de Politiediensten, het zogeheten ‘Comité P’.
Burgemeester - senator De politieacademie De politieacademie kadert volledig in het beleid van OPEN communicatie dat de lokale Het Comité P Wat mij betreft komt hier de zogeheten ‘kloof met de burger’ weer om de hoek kijken. Limburg Onze politiezone Het feit dat het aantal klachten tegenover onze politiemensen in de laatste jaren gestegen is, verontrust ons niet zozeer. Het is namelijk de politiek van de politiezone om de rol van het Comité P zoveel mogelijk te promoten. Ombudsdienst Comité P Eén van de taken is ook ervoor zorgen dat klachten over politiediensten en -ambtenaren behandeld worden. De drempel om een terechte en ernstige klacht in te dienen tegen de politie moet nog lager liggen. Brussel is te ver. Vandaar dat ik pleit voor provinciale antennes van het comité P. Vergelijk het met een justitiehuis waar de burger terechtkan. Tegen de lokale Intern toezicht binnen de politiediensten, aanpassing van de tuchtstraffen voor de politiemensen, een deontologische code voor politiediensten: uiteraard ben ik daar allemaal voor. Het jaarverslag van het Comité P van 2005 is af en wordt binnenkort aan het publiek bekendgemaakt. Ik wil u deze literatuur ten zeerste aanbevelen, ook omdat er steeds heel wat acties en beleidsaanbevelingen inzake de werking van de politiediensten inzitten. Ik wens u een gezellige en leerrijke avond toe. Voor meer informatie: www.comitep.be.
De politieacademie is een bijeenkomst die de lokale
Voor deze politieacademie hebben we André Vandoren, voorzitter van het Vast Comité voor Toezicht op de Politiediensten (Comité P) uitgenodigd om een uiteenzetting te geven over ‘Wie controleert de politie?’.
We stellen vast dat de burgers steeds mondiger en mondiger worden en veel sneller de stap naar het Vast Comité voor Toezicht op de Politiediensten, het Comité P, zetten indien zij opmerkingen en/of kritieken hebben op het functioneren van de politiediensten.
Uiteraard is dit verdedigbaar en is het goed dat de burgers steeds mondiger worden, maar langs de andere kant moeten we de zaken ook in een juiste context plaatsen.
Het is goed dat er iets bestaat zoals het Comité P, waartoe de burger zich kan richten, maar de vraag die zich stelt is of de burger, en uiteraard heeft zij of hij dit recht, zich tegenwoordig niet al te vlug tot het Comité P wendt.
In feite heeft de politie nog nooit zo dicht bij de burger gestaan als vandaag. Het concept van de politieacademie is hiervan ook nog een voorbeeld. Bovendien heeft de burger alle mogelijkheden om tegen alle soorten zaken te reageren, ook tegen het optreden van politiemensen bij het Comité P, maar als die burger geen gelijk krijgt, vindt die burger nog altijd dat er een kloof is en/of dat de desbetreffende diensten niet goed werken. Met andere woorden, ‘kloof met de burger’ staat meer en meer gelijk met ‘geen gelijk krijgen’.
In het geval van klachten bij het Comité P, die dan vooral niet ingewilligd worden en waar bijvoorbeeld politiemensen gelijk krijgen, wordt door diezelfde burger al snel de beschouwing gemaakt dat alles ‘één pot nat’ is en dat de politiemensen toch altijd gelijk krijgen.
De Limburgers zijn meer tevreden over de politiediensten dan dit in andere provincies het geval is. Dit blijkt uit het aantal klachten dat jaarlijks bij het Comité P, wordt ingediend.
Limburgers stappen minder snel naar het Comité P met een klacht tegen de politie. In 2004 waren er gemiddeld zo'n 5 klachten per Limburgse politiezone. In de rest van Vlaanderen lag dat gemiddelde op ruim 7.
Ik kom hier later nog op terug.
In 2004 waren er 10 klachten tegen mensen van de lokale
Via allerlei kanalen zoals de website, de politiekrant, persteksten, folders en nu deze politieacademie maken wij bekend aan de burgers dat ze steeds een klacht mogen indienen tegen onze politiemensen als ze denken dat ze onterecht behandeld zijn. Deze ‘reclame’ voor het Comité P uit zich dan ook in het verhoogde aantal klachten tegen politiemensen. Bij geen enkele klacht tegen politiemensen van de lokale
U merkt het: politie dichtbij de burger en laagdrempeligheid, zelfs om klachten te formuleren, maar uiteindelijk een goed functionerende politie!
Het Comité P heeft verschillende taken. Het Comité P houdt toezicht op de politiediensten en stelt onvolkomenheden vast met als doel het systeem te verbeteren. Zo onderzoekt de instantie activiteiten en methodes van de politiediensten, hun interne reglementen en richtlijnen en documenten die het gedrag van leden van de politiediensten regelen.
Ik wil juist die ene taak, namelijk het indienen van klachten, nog vergemakkelijken door per provincie een ombudsdienst van het Comité P op te richten die zich uitsluitend bezighoudt met klachten ten opzichte van politiediensten. Alle andere taken en/of diensten van het Comité P blijven echter wel in Brussel.
En met alle moderne informatica- en communicatietechnieken moet deze drempelverlaging niet noodzakelijk gepaard gaan met minder deskundigheid inzake het behandelen van deze klachten.
Men vindt inderdaad al snel dat de politie in de fout is gegaan terwijl men zelf een overtreding beging. Die antennes kunnen de klachten misschien filteren. Enkel ernstige klachten kunnen dan door het Comité P worden onderzocht, In 2004 kwamen bij dat Comité P 869 klachten binnen tegen de politie. Daarvan kwamen er 98 vanuit Limburg. Dat is 1 klacht per 8.240 Limburgers. Dat is beneden het Vlaamse gemiddelde van 1 klacht per 6.936 Vlamingen. Waarom er vanuit Limburg minder klachten kwamen, is niet duidelijk. Zijn de Limburgers meer tevreden, of werkt de Limburgse politie beter, of zijn de Limburgers minder mondig?
Momenteel bekijk ik die cijfers ook op basis van het jaarverslag 2005.
Maar statuten, deontologische codes zijn maar hulpmiddelen. Alles staat of valt met de ingesteldheid van de politiemensen zelf! En in mijn ogen is politievrouw of -man nog altijd een roeping.