Financiering kerkfabrieken herbekijken: akkoord!

Viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen Gwendolyn Rutten (Open Vld) kondigt aan dat de financiering van de kerkfabrieken zal herbekeken worden.

Een goede zaak, wij zeggen dat als VOORUIT al een hele tijd. Maar waarom heeft zij en haar voorganger Bart Somers (Open Vld) dat deze legislatuur nog niet gedaan?
DOEN in plaats van SPREKEN”,  zegt Vlaams volksvertegenwoordiger Ludwig Vandenhove.

Als VOORUIT hebben wij vorig jaar al voorgesteld dat gemeente- en/of provinciebesturen eredienstbesturen zouden kunnen verplichten om eigen reserves aan te spreken voor investeringen in een eredienstgebouw.
Wij hebben daar een decreet over ingediend.(2) Het zou toch logisch zijn dat besturen van erediensten eerst zelf hun eigen middelen aanspreken en pas daarna een beroep doen op de gemeenten.

Hetzelfde geldt voor eventuele verwerving van eigendommen door kerkfabrieken, terwijl de gemeenten moeten opdraaien voor hun zogezegde tekorten. Ook dat moet decretaal bepaald worden dat dat niet meer kan.(3)

Heel het decreet rond de financiering van de kerkfabrieken moet dringend herbekeken worden, ook al omdat er inmiddels veel kerken gesloten en/of ontwijd zijn. Er is dus werk aan de winkel en ik betreur dat de huidige Vlaamse N-VA-cd&v-Open Vld-regering dat laten liggen heeft.

Een grondig maatschappelijk en politiek debat over de financiering van alle geloofsovertuigingen dringt zich op.
Uitgangspunt moet zijn dat elke burger in alle vrijheid en in functie van haar/zijn individuele inkomenssituatie haar/zijn geloofsovertuiging kan belijden.
Wat mij betreft, mag dat enig geld kosten ten laste van de belastingbetaler.
Dat moet precies de vrijheid van geloofsovertuiging garanderen.

Laat het sereen debat maar komen, maar ‘godsdienstoorlogen - bij wijze van spreken - kunnen we missen.

Wat de concrete dossiers betreft van de stad Sint-Truiden, pleit ik voor een meer strikte opvolging van de kerkfabrieken, zoals ik dat deed tijdens mijn periode als burgemeester. 
Buiten de systematische opvolging door de financiële dienst, riep ik enkele keren per jaar de kerkfabrieken samen. 
Dan kunnen er geen anomalieën ontstaan zoals recent aan het licht gekomen zijn in Velm (4) en Bevingen(3).”
___