‘Het huis moet verbouwd worden, maar binnen een Belgisch kader.’

Dit was de teneur van de toespraak van burgemeester Ludwig Vandenhove op de nationale feestdag van donderdag 21 juli 2011.

 

 

Ludwig Vandenhove ging onder andere nog in op het gegeven democratie, de huidige generatie politici en de actuele politieke situatie.

 

 

 

Hieronder vindt u de volledige toespraak.  

 

 

Eerwaarde heer deken
Eerwaarde heer pastoor
Mijnheer de diaken
Heren voorzitters, bestuursleden, leden en vlaggendragers van de vaderlandslievende verenigingen
Mevrouw de vrederechter en andere vertegenwoordigers van de rechterlijke macht
Heren generaals, kolonels, officieren, onderofficieren en beroepsvrijwilligers, al dan niet nog in actieve dienst
Vertegenwoordigers van de federale en lokale politie, gewestelijke brandweer Sint-Truiden, Civiele Bescherming en Rode Kruis
Vertegenwoordigers van andere overheidsinstellingen
Collega’s uit de politiek
Geachte genodigden
Dames en heren
Beste vrienden

 

 

Ik heet u allen van harte welkom op deze feestelijke viering naar aanleiding van onze nationale feestdag en dank u voor uw aanwezigheid, vooral de vaderlandslievende verenigingen.

 

 

De eerwaarde heer deken, eerwaarde heer pastoor, mijnheer de diaken, de orgelist en het koor hebben met het Te Deum, dit jaar in de Sint-Martenkerk als gevolg van verbouwingswerken in de Onze Lieve Vrouwkerk, deze plechtigheid op een passende wijze ingezet, waarvoor ik hen van harte wens te bedanken. Ook bedankt aan de Koninklijke Harmonie Vermaak na Arbeid uit Aalst.

 

 

Even een stukje geschiedenis.
Dat is vandaag meer dan ooit nodig, ook al moet ik jullie niet overtuigen, maar zovele anderen, die hier nu precies niet zijn.
Wie zijn verleden niet kent, heeft geen toekomst: het is een cliché, maar tegelijkertijd een waarheid als een koe en dit geldt in de huidige politieke situatie zeker voor België en Vlaanderen.

 

 

Gedurende eeuwen maakte België deel uit van verschillende staten en werd onafhankelijk in 1830. Dit jaar is België dus 181 jaar onafhankelijk en vandaag is het exact 180 jaar geleden dat Leopold I, de eerste Koning der Belgen, de grondwettelijke eed aflegde.
Hij zwoer trouw aan de Belgische Grondwet, die door het Nationaal Congres werd uitgewerkt en op 7 februari 1831 werd erkend, alsook aan de Belgische wetten.

 

De nationale feestdag is en blijft, wat mij betreft alleszins, het symbool van de eenheid van ons land en van de verbondenheid tussen de verschillende gemeenschappen en gewesten.

 

De vraag is alleen hoelang nog.
Na meer dan een jaar na de federale verkiezingen en nog steeds zonder regering, moeten we die vraag luid op durven te stellen.

 

Ik kan niet ontkennen dat hier voor u een bezorgd politicus, maar ook een bezorgd mens staat.
Ik heb dit eveneens gezegd naar aanleiding van de Vlaamse feestdag.
Ik maak mij zorgen over de evolutie van de politieke situatie in ons land en over het toenemend individualisme in onze samenleving. Voor mij is er trouwens een verband tussen beide en verklaart dit voor een stuk het verschil in de uitslag van de federale verkiezingen van zondag 13 juni 2010 tussen Wallonië en Vlaanderen.

 

 

Deze verbondenheid tussen de diverse gemeenschappen en gewesten in ons land wordt steeds meer in vraag gesteld. Aan weerszijden van de taalgrens zien we immers een volledig ander kiesgedrag.
Aan Vlaamse zijde overheerst de roep naar meer autonomie, zelfs naar onafhankelijkheid. Aan Waalse zijde wordt er blijkbaar nog meer geloofd in de unitaire staat België, zij het dat er ook beseft wordt dat een zekere staatshervorming nodig en noodzakelijk is.

 

 

Opvallend in dit verband in Vlaanderen is de tegenstelling tussen dit kiesgedrag enerzijds en enquêtes over het al dan niet behouden van de monarchie anderzijds.
Een ruime meerderheid blijkt dan steeds voor het behoud van België te zijn.

 

 

Betekent dit dat de Vlamingen, ondanks de uitslag van de federale verkiezingen van zondag 13 juni 2010, voor een staatshervorming zijn, maar binnen België?

 

 

Hebben de Vlamingen dan eerder tegen de gang van zaken in de politiek gestemd in plaats van voor iets?

 

 

Het zijn pertinente vragen, die ik luidop durf te stellen.

 

Door de welvaart waarin het grootste gedeelte van de Belgen en zeker van de Vlamingen leeft, wordt al te vaak de waarde van democratie niet meer ervaren, laat staan geapprecieerd.
Wij klagen als we moeten gaan stemmen, terwijl er nog zoveel landen zijn waar dagelijks strijd gevoerd wordt om te mogen gaan stemmen.
Op deze nationale feestdag, met heel wat oud-strijders in ons midden, moeten we hier bij stilstaan.

 

 

En ik blijf op diezelfde nagel kloppen, ook al zullen sommigen misschien zeggen dat ik begin ‘te zagen’: het is een uitdaging in België en Vlaanderen om iedereen, maar vooral kinderen en jongeren, binnen en buiten het onderwijs, zo jong mogelijk en permanent bewust te maken van het belang van democratie en politiek. Zo zullen ze mij tenminste niet kwalijk kunnen nemen dat ik het niet gezegd heb.

 

 

Ja, ik maak mij zorgen over de lichtzinnigheid waarmee wij met onze democratie omspringen.
Voor een groot gedeelte van de bevolking is die zelfs zo vanzelfsprekend geworden dat er nauwelijks nog aandacht voor is.
Het is de gezamenlijke verantwoordelijkheid van de burgers, de media en de politiek om dat vertrouwen te herstellen.

 

 

Burgers stemmen voor politici, die beslissingen durven nemen en die leiden (en lijden).
Dit geldt in de nationale en Vlaamse politiek, maar ook in onze eigen stad Sint-Truiden. Althans zo hebben ze het mij meer dan 30 jaar geleden geleerd. Dit is dan ook één van de redenen waarom ik mij steeds minder thuis voel in de actuele politiek.

 

 

Toen ik mijn eerste stappen in de politiek zette, heb ik geleerd dat wij als politici moeten luisteren naar de mening van de burger, vandaar mijn grote aanwezigheidspolitiek, maar dat diezelfde burger soms moet ‘opgevoed worden’ om rekening te houden met het algemeen belang dat niet altijd, zelfs meestal niet, overeenstemt met de persoonlijke belangen.
In deze tijden van toenemend individualisme is dit laatste spijtig genoeg meer en meer het geval.
Politici zijn precies verkozen om beslissingen te nemen, die (soms) tegen dat individueel belang van de burger ingaan.
Dat is de essentie van democratie.

 

 

De essentie van democratie is ook dat de kiezer beslist en nu de politieke kaarten precies zeer moeilijk gelegd heeft. Diezelfde burger geeft dan echter al gauw kritiek dat die politici er niets van bakken en er niet in slagen een regering te vormen met de kaarten zoals zij/hij ze geschud heeft.

 

 

 

 

 

Dames en heren
Beste vrienden

 

 

Wat we het laatste jaar meegemaakt hebben, sinds de federale parlementsverkiezingen van zondag 13 juni 2010, gaat hier precies tegen in.
Een (groot) gedeelte van de huidige generatie politici is blijkbaar enkel nog maar geïnteresseerd in de zoveelste opiniepeiling of enquête via het één of het ander sociaal netwerk van morgen,  neen nog erger van vandaag, eerder dan in het algemeen belang.
Erger nog: ze laten soms zelf hun standpunt afhangen van de reactie van (een) andere politieke partij(en).

 

 

En zo kom ik terug op de huidige politieke situatie.

 

 

Meer dan ooit zullen er compromissen moeten worden gezocht en eveneens effectief moeten worden afgesloten. Niet alleen bereidheid tot compromissen, maar ook gezond verstand, sereniteit en wederzijds begrip en vertrouwen zullen nodig zijn.
Alle betrokkenen moeten beseffen dat democratie en politiek ‘een zaak zijn van gelijk krijgen, niet (altijd) van gelijk hebben’.

 

 

Een krachtdadige federale regering, die een zo ruim mogelijke steun geniet in Brussel, Wallonië en Vlaanderen en van zoveel mogelijk politieke partijen, is meer dan nodig op het historisch keerpunt waarop ons land nu onmiskenbaar terechtgekomen is.

 

 

Politieke partijen en politici moeten niet aan de kant staan roepen en burgers tegen elkaar opzetten, maar moeten verzoenen en oplossingen zoeken.

 

 

Meer dan een jaar na de federale parlementsverkiezingen van zondag 13 juni 2010 is de politieke impasse in ons land groter dan ooit, ook al is er vandaag een klein lichtpuntje.
Blijkbaar is er voor het eerst in de Belgische geschiedenis moeilijk een meerderheid van politici te vinden, die tot een compromis kunnen komen. Nochtans heeft precies die compromisbereidheid tussen gemeenschappen en gewesten ons een internationale status gegeven als land en heeft het ons al heel wat belangrijke internationale functies en/posities opgeleverd. Op deze manier dreigt die echter te smelten als sneeuw voor de zon.
Als ik praat met buitenlanders, zelfs uit de Europese Unie (EU), vragen er heel wat hoe het hier nu zit met ‘die oorlog’.

 

 

Een federaal, democratisch, intercultureel, interreligieus en solidair project voor België in een steeds belangrijker wordend Europa en in een steeds meer OPEN wereld is helemaal niet tegengesteld aan een verdere autonomie voor de gemeenschappen/gewesten.
De tegenstelling kan niet groter zijn: in een wereld, die altijd maar meer in die richting evolueert, komt een splitsing van België steeds dichterbij.

 

 

Voor mij ligt de toekomst in een evenwichtig federalisme dat belang hecht én aan de autonomie van de deelstaten, én aan België als land. Voor mij het dus een en - en-verhaal,  geen of - of-verhaal.
‘Het huis moet verbouwd worden, maar binnen een Belgisch kader.’

 

 

Een eventuele herverdeling van de bevoegdheden moet gebeuren op basis van het subsidiariteitsprincipe tussen de verschillende overheidsniveaus en met het oog op een maximale efficiëntie qua dienstverlening aan de burger.
Ik pleit voor een goed werkende overheid, die daartoe de nodige financiële middelen krijgt, maar die doorzichtig en zo goedkoop mogelijk is voor de burger. Die doorzichtigheid bepaalt eveneens het democratisch gehalte van dit toekomstig systeem.
In diezelfde context zullen bepaalde bevoegdheden verder geregionaliseerd kunnen worden, maar moet er onderzocht worden of sommige taken niet beter opnieuw van de gemeenschappen/gewesten naar België verschoven worden.

 

 

‘Gewone’ Brusselaars, Vlamingen en Walen moeten opnieuw trachten vaker met elkaar om te gaan om het huidige negatieve gedachtegoed ten opzichte van elkaar te stoppen en zelfs om te draaien.
Ik denk aan wederzijdse activiteiten, die voldoende aantrekkelijk zijn, jumelages tussen gemeenten en steden, opnieuw (wat meer) mekaars media volgen, uitwisselingen tussen jongeren en/of scholen, etc.

 

 

 

 

‘Op het terrein’ zijn er veel minder spanningen tussen Brusselaars, Vlamingen en Walen dan elke dag via de media en sommige politieke partijen en politici wordt voorgesteld, hoewel ik toegeef dat ze toenemen.
Het verschil met pakweg 2 of 3 jaar geleden is duidelijk.
Als burgemeester van de stad Sint-Truiden, dichtbij de taalgrens en waar veel Walen nochtans een terrasje doen, de zaterdagmarkt bezoeken, winkels aandoen, etc., merk ik dit goed.

 

 

Er is echter nog altijd meer wat ons bindt dan ons scheidt en daar moet verder op gewerkt worden.

 

 

Ik wil van deze gelegenheid gebruik maken om onze lokale politie Sint-Truiden - Gingelom -Nieuwerkerken proficiat te wensen met het feit dat ze dit jaar andermaal aanwezig zijn in Brussel naar aanleiding van deze nationale feestdag.
Zowel in het defilé, als in het politiedorp hebben wij een voertuig.

 

 

 

Tevens heb ik nog een kleine boodschap voor de oud-strijdersverenigingen.
Vermits het aantal oud-strijders spijtig genoeg elk jaar afneemt, wordt er door sommigen gedacht aan een doorgedreven samenwerking tussen de verschillende verenigingen.
Hoewel jullie oud-strijders dit zelf moeten beslissen en ik de uiteindelijke beslissing ook zal respecteren, ben ik persoonlijk dat idee genegen.

 

 

Samenwerken en een zekere eigenheid bewaren zijn niet tegengesteld aan mekaar.
Wat jullie ook beslissen, op de steun van de stad Sint-Truiden en op mijn persoonlijke steun kan u altijd rekenen.

 

Ik wil traditioneel besluiten.

 

 

Laat ons allen samen werken aan een open en verdraagzaam Vlaanderen, aan een solidair België en een steeds hechter Europa.
Laat dit de betekenis zijn van deze nationale feestdag.

 

 

Ik eindig deze plechtigheid met het uitbrengen van een toost voor hetgeen ons vorstenpaar betekent voor de eenheid van ons land en hoop dat we dit nog jaren kunnen doen.
En ik wil de koning proficiat wensen voor zijn moedige 21 juli-toespraak, vooral voor ‘zijn waarschuwing.’

 

 

Leve de koning, leve de koningin, leve België, leve Sint-Truiden.

 

 

Zie onder andere de tekst ‘Vlaamse feestdag in Durbuy’ van 14 juli 2011 op deze website.