Beleidsbrief dierenwelzijn: positief, maar het kan (nog) beter

Dat zei Vlaams parlementslid Ludwig Vandenhove in de commissie voor Brussel en de Vlaamse rand en Dierenwelzijn naar aanleiding van de bespreking van de beleidsbrief van Dierenwelzijn van bevoegd minister Ben Weyts.

Hieronder vindt u zijn integrale tussenkomst.

Mijnheer de voorzitter
Mijnheer de minister
Collega’s

Eerlijk is eerlijk: er zitten heel wat positieve punten in de beleidstekst qua dierenwelzijn.
U probeert het beleid van de vorige legislatuur verder te zetten. Toch merk ik minder voluntarisme dan de vorige legislatuur, de beleidsbrief is meer voorwaardelijk en voorzichtiger geformuleerd.
Misschien kennen de coalitiepartners u inmiddels beter, zeker met uw bijna permanente persberichten op zondag…

Meer en meer burgers zijn bekommerd om het dierenwelzijn en hebben dieren, overwegend gezelschapsdieren of huisdieren, dus moet de politiek ermee bezig zijn.

Dat grotere bewustzijn qua dierenwelzijn blijkt eveneens uit de recente enquête van Global Action in the Interest of Animals ( GAIA).
Tussen haakjes: ik was echt verbaasd dat u op een schriftelijke vraag van mij antwoordde dat u deze enquête niet kende.
‘Foutje’ van de kabinetsmedewerker, die de schriftelijke vragen moet beantwoorden?

De grootste uitdaging, buiten een aantal concrete maatregelen, is ongetwijfeld de belofte om tot een gecoördineerde Vlaamse Dierenwelzijnscodex, een heuse Vlaamse dierenwelzijnswet te komen.
Het zou het voor iedereen, verdedigers van het dierenwelzijn en alle dierenvrienden, maar zeker ook voor het brede publiek en overtreders, duidelijker en transparanter te maken.
Wij zijn als sp.a graag bereid om daaraan mee te werken.
Als sp.a pleiten wij ervoor dat u rekening zal houden met de meest recente evoluties qua dierenwelzijn, waarbij dieren een bijzondere bescherming zouden krijgen en uitdrukkelijk zouden erkend worden als kwetsbare wezens met gevoelsvermogen, eigen belangen en waardigheid.

Wat kan volgens ons als sp.a beter in de beleidsbrief?

-U zegt dat u werk wil maken van uitdoofscenario’s voor welbepaalde aangelegenheden.
Dat is te vrijblijvend voor ons.
Waarom stelt u geen concrete data of limieten voor? Kijk bijvoorbeeld naar de streefcijfers qua ongevallen op het vlak van verkeersveiligheid.
Ik denk hierbij vooral aan de dierenproeven.
U haalt aan dat er nog geen volwaardige alternatieven bestaan voor alle dierproeven, maar dat u de ontwikkeling ervan wil stimuleren.
U kondigt een ronde tafel aan.
Is er over dierenproeven al niet genoeg gepraat? Of moet ik zeggen gepalaverd.
Waarom plakt u daar geen einddatum of een maximaal aantal op tegen een bepaald jaar?
Waarom werkt u niet met een bepaalde planning met X-aantal proefdieren per jaar om uiteindelijk tot een definitief verbod te komen?
Als u de betrokken sectoren niet verplicht om naar alternatieven te zoeken, zullen ze dat nooit doen.
Ik vergelijk het met de kernenergie, een debat dat opnieuw dreigt actueel te worden.
Zolang kernenergie niet wettelijk verboden wordt, zal er niet echt naar alternatieven gezocht worden.
Als sp.a pleiten we voor een Europees label, waarbij duidelijk gemaakt wordt bij welke producten er gebruik is gemaakt van testen op dieren.

Een ander voorbeeld zijn de dolfijnen in het Brugse dolfinarium.

U zal onderzoeken of de minimumnormen moeten aangepast worden op basis van de nieuwe inzichten over de welzijnsbehoeften van zoogdieren en vogels in gevangenschap. Zeer goed,  maar waarom maakt u dan een uitzondering voor zeezoogdieren, zoals dolfijnen in gevangenschap?
Voor ons als sp.a moeten de kweekprogramma’s met dolfijnen en de import van gekweekte dolfijnen verboden worden.
Voor ons als sp.a geen circus met dolfijnen, dolfinaria moeten evolueren naar educatieve centra met de nadruk op sensibilisering in plaats van op entertainment of amusement.
Dolfinaria moeten regelmatig en objectief en extern gecontroleerd worden in samenwerking met de(boven)lokale overheid.

-Het Vlaams regeerakkoord vertrekt vanuit het principe ‘no gold plating’, maar voor Dierenwelzijn kan Vlaanderen wel kiezen om strenger te zijn dan de rest van Europa, zogeheten ‘dierenwelzijnstrekker’.Een mooi principe wat wij als sp.a toejuichen. Maar waarom wordt er voor het verbod op de wrede chirurgische castratie van biggen dan verwezen naar Europa.
Dat is zelfs een achteruitgang ten opzichte van het vorig regeerakkoord.

-U stelt dat u, na overleg met alle betrokkenen, Dierenwelzijn wil laten primeren op economische belangen. Wij merken dat dit nochtans niet het geval is voor een aantal dossiers.
Opnieuw dezelfde voorbeelden: de dolfijnen en de wrede chirurgische castratie van biggen. En natuurlijk de landbouwsector in het algemeen, waar in een aantal gevallen het dierenwelzijn niet of te weinig gerespecteerd wordt.
Ik herhaal in dat verband mijn voorstel dat ik al een aantal keren gedaan heb.
Voor bepaalde activiteiten in de landbouwsector of aanverwante zou er niet enkel met milieutechnische elementen rekening moeten gehouden worden bij het afleveren van vergunningen, maar evenzeer met bepaalde elementen qua dierenwelzijn.
Een positief voorbeeld in dat verband is dan weer het voornemen om het gebruik van kooisystemen voor pluimvee in het algemeen en  voor legkippen in het bijzonder uit te faseren.
Doordoen, zou ik zeggen.
Laten we het voorbeeld van Wallonië volgen, zodat er binnen enkele jaren geen enkele kip in België nog vastzit in een kooi. Maar ook hier weer geen concrete timing, tenzij u die nu zou geven.

-De straffen voor personen, die zich bezondigen aan dierenmishandeling, moeten strenger worden.
Als sp.a vragen wij dat u hier snel werk van maakt en dat Vlaanderen minimaal even streng wordt als Brussel en Wallonië tegen onder andere dierenbeulen en malafide broodfokkers.
Het gegeven dat de fokkerijwetgeving voortaan onder u als minister van Dierenwelzijn valt en niet langer onder de minister van Landbouw geeft u daar meer mogelijkheden.
Een goede zaak, maak er gebruik van.

-Handhaving, onder andere de opwaardering van de inspectie Dierenwelzijn en liefst nog een meer uitgebreide personeelsbezetting, dragen onze goedkeuring weg. Maar dat u stelt dat de inspectie Dierenwelzijn de rol van dierenpolitie zal vervullen, draagt niet mijn instemming weg.
Een goede handhaving en een goede werking van de inspectie Dierenwelzijn heeft nood aan een goede eerste lijn.
Ik zou u aanraden om te trachten zoveel mogelijk politiezones en/of gemeenten te overtuigen om echt een dierenpolitie op te richten. Trouwens, korpsen, die een goede wijkwerking hebben, moeten daar in principe weinig problemen mee hebben. Ook de sensibilisering kan best op dat niveau gebeuren. Immers, het gemeentelijk echelon staat nu éénmaal het dichtst bij de burger.

Met een specifiek bevoegde Vlaamse minister van Justitie, uw partijgenoot en collega Zuhal Demir, zou die handhaving moeten lukken. Los van het institutionele, geloof ik daar echter niet in: handhaving is vooral een zaak van mensen, van personeel en als ik zie hoeveel personen deze legislatuur zullen afvloeien bij de Vlaamse overheid, is dit een lege doos.  Maar goed u hebt uw inspectie van Dierenwelzijn.

-De subsidiëring van dierenasielen, die u aankondigt, wil u vooral via de gemeenten laten verlopen.
Principieel heb ik daar uiteraard geen bezwaar tegen. Maar zoals ik al eerder aangehaald heb in deze commissie, zijn er toch heel wat praktische vragen aan zo een model.
Hoe zal u voor een evenwichtige spreiding zorgen over het ganse Vlaamse grondgebied?
Hoe zal u een onderscheid maken tussen gemeenten, die op dit vlak tot nu toe al heel wat inspanningen gedaan hebben en andere, die weinig of niets gedaan hebben?
Om dan nog niet te spreken over welk bedrag u daar wil voor uittrekken.
Gaat het over subsidies voor de werking?
Gaat het over een tussenkomst in de personeelskosten?
Gaat het over infrastructuursubsidies?
Ik hoop dat u daar zo snel mogelijk duidelijkheid zal over scheppen voor de sector en de talrijke vrijwilligers.

Ik blijf pleiten dat u ook aandacht zou hebben voor specifieke opvanginitiatieven, zoals mensen in armoede, die huisdieren hebben.

-Voor een strengere regelgeving dan de Europese rond het dierentransport , hebt u de steun van de sp.a. Ook wij blijven pleiten voor een beperking van de maximale transportduur tot 8 uur.

-Wat we missen in de beleidsbrief is een verbod op het hakselen en vergassen van ééndagskuikentjes.
Collega Els Robeyns heeft dit in de vorige legislatuur meermaals aangeklaagd.

Ik besluit: de beleidsbrief is overwegend positief voor ons als sp.a. Maar wij zullen waakzaam zijn en u zeker mee stimuleren om nog meer te doen voor het dierenwelzijn.