Doet Sint-Truiden voldoende in de strijd tegen kansarmoede?
“Ja!”, zei burgemeester Ludwig Vandenhove tijdens de nieuwjaarsreceptie van de officiële instellingen op zondag 30 januari 2011. “Maar het kan altijd beter.”
“Het antwoord is simpel: we doen veel, maar het is nooit genoeg!”
Ludwig Vandenhove gaf een overzicht van de maatregelen, die de stad Sint-Truiden tijdens zijn beleidsperiode als burgemeester in de loop der jaren tegen de toenemende armoede en de groeiende inkomenskloof al genomen heeft.
Hieronder vindt u de integrale versie van de speech.
Geachte genodigden in al uw functies en hoedanigheden
Collega’s uit de politiek
Dames en heren
Beste vrienden
Ik wens u en allen, die u dierbaar zijn, het allerbeste toe voor 2011 namens het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad en mezelf als burgemeester.
Het is nog net januari, dus mogen er nog altijd nieuwjaarswensen uitgewisseld worden.
En deze officiële receptie van de stad Sint-Truiden, of van de zogeheten gestelde lichamen - mijn betreurde goede vriend Valère Vautmans sprak over ‘ongestelde lichamen’ -, op de laatste zondagmorgen van januari is een traditie geworden, één van de zovele sinds mijn inmiddels al meer dan 16-arig burgemeesterschap.
In 1996 zijn we ermee begonnen.
Ik hoop dat al uw verlangens en wensen mogen uitkomen en voor alles een goede gezondheid.
Het is een cliché, ik weet het, maar clichés dienen nu éénmaal om gebruikt te worden.
Eregouverneur Steve Stevaert drukt het als volgt uit: “iemand, die gezond is, heeft vele wensen, iemand, die ziek is, heeft maar één wens, namelijk (opnieuw) gezond worden.
En voor de rest wens ik u allemaal wat minder gejaagdheid: wat meer stilte en tijd!
En nog een cliché nu ik toch bezig ben: bij het begin van een nieuw jaar worden er telkens goede voornemens gemaakt en grote verklaringen afgelegd, die meestal snel vergeten worden.
Of zijn ze dan niet echt gemeend?
Ik wil positief blijven en hoop dat het er dit jaar toch iets anders gaat aan toegaan.
Ik hoop dat we u volgend jaar opnieuw kunnen begroeten in ons gerestaureerd stadhuis.
Als de inmiddels aangepaste timing - zo gaat dat met verbouwingswerken, zeker als het over geklasseerde gebouwen gaat - gehaald wordt, zouden de werken eind juni van dit jaar moeten beëindigd zijn.
Wat gaat 2011 ons geven?
Economisch is het eerder onduidelijk.
Enerzijds zijn er heel wat positieve signalen, die wijzen op een kentering.
Anderzijds zijn er de begrotingsproblemen binnen een aantal Europese Unie (EU)-landen, die een sterke invloed hebben op de waarde van de EURO, in die mate zelfs dat er vragen gesteld worden of de huidige EURO en/of EURO-zone in stand kan gehouden worden.
Internationaal blijft er het probleem van de klimaatverandering, waar er nu geen tijd meer mag verloren gaan.
Als stad en als individu kunnen we hier ons steentje toe bijdragen.
Het ziet ernaar uit dat de dreiging van het terrorisme in 2011 zal blijven bestaan.
Natuurlijk moeten we terroristen opsporen en straffen en de politie- en andere diensten hiertoe alle mogelijkheden geven. Maar met de inzet van militaire middelen moeten we zuinig omspringen. Kijken we bijvoorbeeld maar naar de bijna uitzichtloze situatie in Afghanistan, waar ook Belgische militairen aanwezig zijn.
Gaan we morgen hetzelfde doen in Pakistan, waar het zeker zo erg is, omdat het probleem van Afghanistan zich voor een stuk naar daar verplaatst heeft?
Naast ‘oorlog’, moet er vooral gezorgd worden dat de bevolking in de betrokken landen het beter krijgt in plaats van hun toevlucht te moeten nemen tot extremisme en terrorisme. Vaak hebben zij nu immers niets te verliezen, enkel maar te winnen. Mensen ter plaatse helpen en hun levenssituatie verbeteren kan eveneens het probleem van de asielzoekers helpen aanpakken.
En als ‘de straat’ meewil, lukt dit.
Tunesië en nog andere Maghreblanden of Machraklanden, die volgens mij binnenkort gaan volgen, zoals Egypte en Algerije, bewijzen dit de laatste weken en dagen nog maar eens.
Minder extremisme en dialoog en overleg zijn de oplossingen, niet meer extremisme, en dat geldt voor alle betrokken partijen.
Nationaal is er nood aan rust, dus er zou zo snel mogelijk een nieuwe regering moeten komen. Maar we moeten beseffen dat de kiezer, dus wij allemaal, op zondag 13 juni 2010, de kaarten zo geschud hebben dat dit hoe dan ook niet gemakkelijk, misschien wel onmogelijk zal zijn.
En wat mij frappeert, is dat ik nu precies heel wat personen hoor zeggen dat ze niet meer gaan stemmen.
Beseffen wij dan niet hoe gelukkig we mogen zijn te mogen leven in een democratie? Maar in een democratie heeft ook de burger haar/zijn verantwoordelijkheid.
Voor onze regio en de stad Sint-Truiden hoop ik dat we gespaard mogen blijven van ‘grote ongelukken’ en van bedrijfssluitingen en/of afdankingen.
En wat ik daarnet zei voor België en Vlaanderen, geldt ook voor onze stad: politieke rust!
Met de gemeenteraadsverkiezingen van zondag 14 oktober 2012, die alsmaar dichterbij komen, zal de politieke situatie er zeker niet gemakkelijker op worden.
Onze maatschappij in Vlaanderen, één van de rijkste regio’s ter wereld, heeft geld genoeg om het probleem van armen, daklozen, asielzoekers etc. op te vangen en zelfs om deze aangelegenheid structureel op te lossen.
Dit is een kwestie van keuzes en van solidariteit.
Ik hoop dat 2011 hier het jaar van de kentering mag zijn, ook al was 2010 precies het ‘Europees jaar van de bestrijding van de armoede en sociale uitsluiting’.
Alle middelen, kleine en grote, zijn goed om het armoedeprobleem aan te pakken.
Er is geen enkel argument of reden om zich achter te verschuilen om voor deze bevolkingsgroep (n)iets te doen.
Hetzelfde geldt voor alle acties en initiatieven om dit probleem onder de aandacht te brengen.
Om nog maar eens een cliché te gebruiken: ‘Geen woorden, maar daden!’.
Dames en heren
Beste vrienden
Vandaar dat ik vandaag even wil stilstaan bij de toenemende armoede en inkomenskloof, ook dicht bij ons in Sint-Truiden, in onze eigen omgeving, zonder dat we het vaak beseffen.
Als politicus, die dagelijks tussen het volk is en die nog echt zitdagen houdt in de traditie van de zogeheten ‘oude politieke cultuur’, toen er tussen haakjes wel nog regeringen konden gevormd worden, ervaar ik dit meer dan ooit.
Als ik ’s zaterdagsmorgens zitdag hou, zie ik alle miserie passeren.
Het is bijna om moedeloos van te worden.
De laatste officiële cijfers dateren van 2009 en zijn sprekend: 14,6 % van de Belgen en 12 % van de Vlamingen leeft op of onder de armoedegrens en/of loopt een verhoogd armoederisico.
Vandaag is de situatie nog slechter.
Vlaanderen staat daarmee op de 5de plaats in de Europese Unie (EU), waar het gemiddelde percentage 16 % bedraagt.
Alleenstaanden, éénoudergezinnen, 65 –plussers en vrouwen lopen merkelijk meer risico om in de armoede te verzeilen.
Het risico bij werklozen is zevenmaal groter om in armoede te leven dan bij personen, die werken.
Voor de stad Sint-Truiden beschikken we eveneens over een aantal gedetailleerde cijfers, maar het zou ons te ver leiden om hier in detail op in te gaan binnen het korte bestek van deze nieuwjaarstoespraak.
De stedelijke seniorenraad heeft in dit verband een verdienstelijk document ‘Armoede bij ouderen in beeld’ gemaakt dat kortelings aan alle Sint-Truidense politici zal overhandigd worden. Het bevestigt dat ook in Sint-Truiden senioren één van de groepen is, die het snelst in armoede, onder verschillende vormen, zoals voeding, gezondheidszorg, woning, minder kunnen participeren aan het maatschappelijk en sociaal gebeuren, etc., dreigt terecht te komen. Bovendien ‘verkleurt’ onze samenleving en laat dat zich gevoelen bij de populatie van de bejaarden.
Het is niet toevallig dat ik enkele weken geleden mijn eerste allochtone gouden bruiloft had. Ik heb er nochtans al heel wat gehad in mijn loopbaan als ‘burgervader’.
Alleszins proficiat aan de stedelijke seniorenraad voor dit document, waarmee ze nog maar eens bewijzen meer dan een traditionele adviesraad te zijn.
Zie de tekst ‘Senioren: groep met veel kans om in de armoede terecht te komen!’ van 30 januari 2011 op deze website.
Maakt de overheid, op alle niveaus, gaande van internationaal en Europees tot gemeenten en steden, voldoende prioriteit van een beleid en/of maatregelen tegen armoede?
Als u het mij vraagt niet en ik ben hier in goed gezelschap van pofessoren als Bea Cantillion, Roger Blanpain en Jan Vranken.
Alle overheden, van hoog tot laag, moeten hier beleidsmatig en financieel prioriteiten leggen.
En in deze tijden van besparingen, ook op gemeentelijk/stedelijk niveau, is dit de laatste sector, waaraan geraakt mag worden. Bovendien geven personen, die weinig geld hebben, alle extra inkomsten snel weer uit, hetgeen goed is voor onze economie.
Een armoede- en/of kansarmenbeleid moet globaal, geïntegreerd en horizontaal over diverse domeinen heen gevoerd worden.
En dat maakt het nu precies zo moeilijk. Bovendien is het probleem meestal op de eerste plaats financieel en/of materieel, maar vaak ook dat de betrokkenen er niet durven voor uitkomen of de weg niet vinden naar de bestaande overheidskanalen, omdat ze sociaal onaangepast zijn.
In mijn contacten als burgemeester met serviceclubs of andere instanties of verenigingen heb ik al dikwijls gezegd dat het misschien beter zou zijn personen en/of gezinnen onder hun hoede te nemen qua aanvragen, formulieren, etc. in plaats van hen enkel geld te geven of enkel initiatieven te nemen waarvan het geld naar hen gaat. Of alleszins de twee samen.
Wat dat globaal, geïntegreerd en horizontaal beleid betreft, worden er pogingen gedaan, bijvoorbeeld op het niveau van de Vlaamse regering door expliciet een minister, in de persoon van Ingrid Lieten, aan te duiden, maar op zich volstaat dit niet.
Ik zit lang genoeg in de politiek om te weten dat elke politicus, in dit geval Vlaamse ministers, zich proberen te profileren op hun terrein en al snel het totaal plaatje, ook al zitten daar in dit geval armen, daklozen, etc. achter, uit het oog verliezen.
Dit gegeven is gewoon eigen aan de politiek.
In dit verband heb ik enkele voorstellen:
- ondanks de beperkingen zoals daarnet aangehaald, zou ik er willen voor pleiten om op elk beleidsniveau iemand specifiek politiek verantwoordelijk te maken voor de aanpak van het probleem van de armoede en verplichten om een integrale beleidsnota terzake uit te werken;
- vergelijkbaar met het beleidsdomein ontwikkelingssamenwerking, waar een streefnorm bestaat om jaarlijks 0,7% van het bruto nationaal product (BNP) hieraan te besteden, stel ik voor om hetzelfde te doen voor de strijd tegen de armoede.
Uiteraard moet dit percentage veel hoger liggen en gezien de complexiteit van het gegeven armoede en de talrijke instanties en beleidsverantwoordelijken, die ermee bezig zijn, ben ik er mij van bewust dat dit geen gemakkelijke oefening zal zijn, maar moeilijk gaat ook.
Even terzijde: in 2007 hebben alle democratische partijen in de Sint-Truidense gemeenteraad zich geëngageerd om, gebaseerd op de internationale norm qua ontwikkelingssamenwerking, te trachten om tegen eind 2012 0,7% van de begroting te besteden aan duurzaam beleid, integratie en ontwikkelingssamenwerking;
- constante sensibilisering van de bevolking en vooral van de jongeren rond deze problematiek.
De media kan hierin een belangrijke rol spelen, zeker als we zien welk financieel succes éénmalige acties hebben, die ondersteund worden via die media.
Doen wij voldoende via de stad en het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW) in Sint-Truiden?
Het antwoord is simpel: we doen veel, maar het is nooit genoeg!
Zonder volledig te zijn en in een willekeurige volgorde, wil ik een aantal voorbeelden geven van ons beleid terzake:
- een sterk uitgebouwd tewerkstellingsbeleid via sociale economieprojecten, waardoor we kansen geven aan die bevolkingsgroepen, die het moeilijker hebben op onze traditionele arbeidsmarkt.
In het totaal gaat het om een 40-tal jobs.
Tewerkstelling is vaak voor heel wat personen de eerste stap om uit de armoede te geraken.
Het stadsbestuur van Sint-Truiden vervult de regisseursrol voor deze Lokale Diensteneconomie (LDE).
De LDE wil nieuwe diensten aanbieden aan alleenstaanden, hulpbehoevenden, senioren, etc., maar tegelijkertijd werk creëren voor mensen uit kansengroepen.
Het meest sprekende voorbeeld zijn de buurtrestaurants in Gelinden, Sint-Truiden en Velm.
Een aanrader om lekker, gezond en goedkoop te eten. Bovendien overwegen om een project van sociale kruidenier te koppelen aan één van die buurtrestaurants.
Zie de tekst ‘Opening buurtrestaurants in Sint-Truiden!’ van 9 juli 2009 op deze website;
- een sterk uitgebouwde werking van het OCMW in alle facetten.
Het zou ons binnen het korte bestek van deze nieuwjaarstoespraak te ver leiden om op alle vormen van dienstverlening van het OCMW in te gaan;
- bijzondere aandacht vanuit onze jeugd- en preventiedienst om jongeren, waarmee het dreigt verkeerd te lopen, op het juiste pad te houden en/of terug te brengen;
- een sterk doorgedreven werking van onze integratiedienst, hoofdzakelijk gericht op allochtonen en asielzoekers;
- het goed functioneren van de Sint-Vincentiusvereniging, die sedert september van vorig over een nieuwe en degelijke huisvesting beschikt aan de Naamsevest 61.
De stad Sint-Truiden ondersteunt deze werking via subsidies en de betaling van de huur van dit nieuwe gebouw.
Zonder afbreuk te doen aan zijn voorganger(s), moet gezegd wordt dat er een nieuwe wind waait bij Sint-Vincentius sedert hoofdcommissaris-korpschef er voorzitter is.
Zie de tekst ‘Sint-Vincentius heeft een nieuwe huisvesting!’ van 4 september 2010 op deze website;
- in heel wat belastingsreglementen is er vermindering voorzien voor de zogeheten categorie van de Weduwen, Invaliden, Gepensioneerden en Wezen (WIGW’s) en voor de families en de personen met een laag gezinsinkomen, die onder andere recht hebben op een hogere terugbetaling van hun ziektekosten, in vaktermen het OMNIO-statuut;
- het toekennen in het recente verleden van de verwarmingstoelage.
Zie ook de tekst ‘Reeds 1 000 inwoners van Sint-Truiden kregen de verwarmingspremie uitbetaald!’ van 17 maart 2006 op deze website;
- het financieel, infrastructureel, personeel en/of structureel ondersteunen van organisaties, zoals de armoedevereniging ‘Onder Ons’, die ressorteert onder de vzw Regionaal Instituut voor Maatschappelijk Opbouwwerk (RIMO) en de vzw Massala, die zich bezighoudt met de asielzoekersproblematiek in alle facetten;
- de actieve participatie van de stad Sint-Truiden in de vzw Sociaaal Verhuurkantoor, waar schepen
Naast inkomen en tewerkstelling, die vaak samenhangen, is huisvesting één van de grote problemen van kansarmen;
- aandacht voor kansarmoede in het onderwijs.
Het meest sprekende voorbeeld hiervan is de publicatie ‘Ik heb mijn kind vleugels gegeven. DE SCHOOL MOET HET LEREN VLIEGEN.’
Dit boekje dat tot stand is gekomen in de schoot van ‘Ondernemende Bewuste Ouders Sint-Truiden’ (OBOS), die deel uitmaken van ‘Onder Ons’ en bundelt alle ervaringen, tips en verhalen van personen en gezinnen, die te midden van de problematiek staan.
Het dient als werkinstrument voor scholen en welzijnspartners om de kloof met kansarme ouders te overbruggen.
Zie de tekst ‘Kansarmoede in het onderwijs!’ van 30 oktober 2010 op deze website;
- de huisvesting van de vzw ‘Rap op Stap’, die mogelijkheden biedt voor uitstappen en vrijetijdsbesteding voor personen en gezinnnen, die het financieel moeilijk hebben.
Zie de tekst ‘Rap op Stap’ nu ook in Sint-Truiden!’ van 14 juli 2010 op deze website;
- de officiële erkenning van de cvba Duwolim, waardoor inwoners met een beperkt inkomen en/of uit kansengroepen energie kunnen besparen en comfortabeler kunnen wonen dankzij een goede begeleiding en sociale kredieten.
Zie de tekst ‘Goedkope leningen voor energiebesparende renovatiewerken voor Truiense gezinnen!’ van 1 maart 2010 op deze website.
Dames en heren
Beste vrienden
U merkt het, we doen heel wat in Sint-Truiden, maar in de strijd tegen ‘de miserie’ kan het nooit genoeg zijn.
En we kunnen daar allemaal ons steentje toe bijdragen. Vandaar dat ik ook alle vrijwilligers uitdrukkelijk wil bedanken, die zich op de éne of andere manier inzetten voor de strijd tegen de kansarmoede.
En tot slot nog dit: ik vind de Ahmadiyyagemeenschap in Sint-Truiden daar een mooi voorbeeld van. Hoewel ze in feite zelf behoren tot de groep van kansarmen, staan ze steeds de opbrengst van hun activiteiten af voor goede doelen. Bijvoorbeeld gisteren hebben ze nog twee cheques overhandigd, onder andere aan 11.11.11. in Sint-Truiden en aan Humanity First ‘Gift of Sight’ (Humanity First is een door de Verenigde Naties erkende internationale hulporganisatie en met het project ‘Gift of Sight’ werkt deze organisatie samen met een volledig netwerk van hospitalen in de derde wereld voor behandelingen om het zicht te verbeteren). Ook delen ze regelmatig geschenken uit aan kinderen, senioren, etc., onder andere naar aanleiding van het suikerfeest.
Of hoe integratie en kansarmoedebestrijding hand in hand kunnen gaan.
Zie ook de tekst ‘OPEN Grote Markt in Sint-Truiden’ van 18 november 2010 op deze website.
Dames en heren
Beste vrienden
Ik wens u nog een prettig vervolg van deze receptie.
Bedankt voor uw aandacht.