Echte relance of promotiestunt?

Vlaams minister-president Jan Jambon kondigt een economische en maatschappelijke relance voor Vlaanderen aan na Corona. (1) (2) (3)

Is het een echte relance of is het eerder een promotiestunt?”, vraagt Vlaams parlementslid Ludwig Vandenhove zich af.

“De Vlaamse regering heeft 800.000 euro uitgetrokken voor een campagne, die drie jaar - de periode van de relance - moet meegaan.
De slogan: ‘De Vlaamse veerkracht. Een investering van 4,3 miljard in elke Vlaming.’
Het gaat over 4,3 miljard euro, waarvan ongeveer de helft van de Europese Unie (EU) komt, om en bij de 2 miljard euro komt van Vlaanderen zelf.
Het geld is gespreid over een 180-tal projecten rond duurzaamheid (om woningen energiezuinig te maken en om de droogte en de wateroverlast te bestrijden), digitalisering van het onderwijs, infrastructuur (fietsinfrastructuur) en om de krapte op de arbeidsmarkt aan te pakken.

Ik vrees dat het campagne element overheerst.
Is het geen reactie op de campagne van de federale regering ‘Ploeg van 11 miljoen’? Zeker als ik moet vaststellen dat in dezelfde persaankondiging ook ineens wordt vermeld dat Vlaanderen meer zijn eigen weg zal gaan in het beheersen van de Covid-19 epidemie.
In plaats van precies samen te werken wat nodig blijft, blijkbaar de eigen weg gaan: spreekt de Vlaamse regering of spreekt de N-VA?

Als VOORUIT pleiten wij voor echte economische relancemaatregelen, het mogen er zelf nog veel meer zijn, zoals meer sociale woningbouw en versnelde vergroening van het globale woonbestand. 
Zitten er geen maatregelen in het Vlaams relanceplan, die in feite via de normale begrotingen zouden moeten gerealiseerd worden?
We moeten zo snel mogelijk de sociaal-economische gevolgen van Corona achter ons kunnen laten.

Hoe verhoudt dit relanceplan zich tot de besparingen, die minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed Mathias Diependaele al enkele keren aangekondigd heeft?
Nog erger, de Vlaamse regering schakelt hiervoor dure experts in plaats van zelf verantwoordelijkheid te nemen.
Hoe valt nu een relance te rijmen met besparingen?
De Vlaamse regering stelt zelfs twee besparingsscenario’s voor: 5% of 15%. En hierbij gebruikt ze ‘grote woorden’.
Enerzijds is er de ‘heroverweging’, waarbij kritisch bekeken wordt of een overheidsuitgave haar geld waard is.
Anderzijds is er de ‘spending review’, waarbij externe onderzoekers specifieke uitgaven nog eens gedetailleerd onderzoeken.

Mijn conclusie: deze actie van minister-president Jan Jambon, bovendien in de komkommertijd voor de media, is inderdaad eerder een promotiestunt dan een echte relance.