Subsidies voor natuur- en milieuverenigingen, maar …

De Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie van het Vlaams Parlement heeft op dinsdag 26 maart 2024 een nieuw decreet goedgekeurd waarbij natuur- en milieuverenigingen Vlaamse subsidies kunnen bekomen.
Vlaams volksvertegenwoordiger Ludwig Vandenhove verving collega Bruno Tobback namens VOORUIT.

“Een goed decreet”, zegt Ludwig Vandenhove. “Maar spijtig dat er in laatste instantie, een half uur voor dat het behandeld werd, nog een hele bundel met amendementen voorgelegd werd door collega’s uit de N-VA-cd&v-Open Vld-meerderheid.
Weer een voorbeeld van slecht wetgevend werk.
Waarom moet het Vlaams Parlement ‘herstellen’ wat het kabinet van Vlaams minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme Zuhal Demir (N-VA) niet goed doet? Hebben de Vlaamse kabinetten al niet genoeg personeel.
Nog erger is dat via een amendement het decreet werd aangepast, zodanig dat de betrokken organisaties met de verkregen subsidies niet meer juridisch kunnen procederen tegen het Vlaams Gewest.

De natuur- en milieuverenigingen spelen al jarenlang een onmisbare rol in de realisatie van heel wat omgevingsdoelen in Vlaanderen: van milieukwaliteit over ruimtelijke ordening tot klimaat en circulaire economie. En dit met een breed bereik en impact op het terrein: om en bij de 448 000 leden en 75 000 vrijwilligers en meer dan 800 professionele medewerkers.
Het is net door de inzet van al die mensen dat er  nog plekken zijn in Vlaanderen waar we kunnen genieten van kwaliteitsvolle natuur.

De sector heeft vaak te kampen met invloedrijke en georganiseerde tegenstand. Er is geen enkele andere sector, die zo onder de loep wordt genomen en waarvan de werking en middelen zo vaak onder vuur worden genomen door bepaalde politieke strekkingen en allerlei belangengroepen.
Weliswaar, ten onrechte, want een doorlichting bij de vzw Natuurpunt in 2023 toont net aan dat ze hun subsidies efficiënt gebruiken en zeker waarvoor ze bedoeld zijn.
Er zijn andere organisaties - ik zal geen namen noemen - ,die daar nog wat van kunnen leren.

Het vorige decreet uit 1991 bestond uit slechts enkele artikelen en was dringend aan een update toe.
Voor VOORUIT is dit een belangrijk decreet dat het waardevolle en broodnodige werk van milieu- en natuurbewegingen voor de toekomst moet garanderen.
Dit decreet, dat de ondersteuning van de natuur- en milieuverenigingen regelt, is van groot belang voor heel de sector. We waren in eerste instantie dan ook van plan om dit decreet volmondig goed te keuren. Maar bij alle in laatste instantie ingediende amendementen hebben we eigenlijk maar één belangrijke, neen essentiële kanttekening te maken. 
Het gaat over het amendement nummer 17 op artikel 18 van het decreet, waarin bepaald is waarvoor de subsidies aangewend kunnen worden. 
In de toelichting staat volgende passage: “De werkingssubsidie kan niet aangewend worden voor juridische kosten, waaronder kosten voor advocaten, voor het aanspannen van procedures tegen het Vlaamse Gewest.”
Dit amendement is een aanfluiting van de beginselen van de rechtsstaat en een zoveelste poging van de Vlaamse meerderheid om het middenveld monddood te maken. 
Dit maakt de natuur -en milieubewegingen vleugellam. 

Voor VOORUIT moet het al dan niet in aanmerking komen voor subsidies en/of het aanwenden van die subsidies louter afhangen van het al dan niet realiseren van natuurdoelstellingen. Ook procederen om die natuurdoelstellingen te bereiken, kan daarvan een wezenlijk onderdeel zijn.
Vergunningen betwisten ís vaak een belangrijke manier om milieukwaliteit te behouden.

Het kan niet de bedoeling zijn om natuurverenigingen monddood te maken, omdat ze door de overheid gesubsidieerd worden. Dat een omgevingsvereniging, die ijvert voor het behoud van de open ruimte, met de werkingssubsidie niet zou mogen opkomen tegen bijvoorbeeld een in haar ogen ten onrechte verleende omgevingsvergunning, is meer dan één brug te ver. Wij stellen ons als VOORUIT dan ook ernstig de vraag of dit grondwettelijk en volgens het internationaal recht mogelijk is.
Dit lijkt ons een schending van de Grondwet en het Verdrag van Aarhus en het daarin vervatte principe dat in milieuaangelegenheden de toegang tot de rechter niet onnodig mag beperkt of belemmerd worden. Daarenboven is er de standstill-verplichting in artikel 23 van de Grondwet, waardoor het huidige beschermingsniveau niet mag afgebouwd worden.Volgens ons is dit amendement puur ongrondwettelijk en dus onaanvaardbaar.

Conclusie: een goed en noodzakelijk decreet(1), maar omwille van het principieel uitsluiten van milieu- en natuurverenigingen om met de subsidies dossiers van het Vlaams Gewest juridisch aan te kaarten, hebben wij als VOORUIT tegengestemd.”

___