Voor wanneer statiegeld?

“Sensibilisering en preventie zijn goed, maar de enige oplossing om het zwerfvuil van blikjes en polyethyleentereftalaat (pet)flessen aan banden te leggen, is het invoeren van statiegeld”, zegt Vlaams volksvertegenwoordiger Ludwig Vandenhove.

Het wordt nog maar eens bevestigd uit de resultaten van een experiment in de kustgemeente Bredene. (1)

Wat is statiegeld?
Statiegeld is in feite een waarborg.
De consument krijgt de blikjes en petflessen in bruikleen en krijgt er geld voor terug als die ingeleverd worden. (2) Gevolg: ze worden veel minder weggegooid, er is minder zwerfvuil en de overheid heeft minder opruimingskosten.
Kijken we maar naar de glazen flesjes, waarop statiegeld geheven wordt: we zien ze zelden op straat, in het gras of in een berm liggen.

Heel wat Europese landen, onder andere Duitsland en Nederland, kiezen voor het principe van statiegeld. (3)
Waarop wacht Vlaanderen?

Het proefproject dat een volledige maand (van 15 juli tot en met 15 augustus 2022) in Bredene heeft gelopen, toont aan dat het systeem wel degelijk werkt.
Het principe was eenvoudig: 20 cent meer betalen aan de deelnemende strandbars voor blikjes en petflessen, die cash werd terugbetaald door de uitbater van het bijhorende strandtoilet als het lege blikje of de lege fles werd ingeleverd.
Uit voorlopige cijfers blijkt dat 90% van de totaal verkochte hoeveelheid terug werd ingeleverd en er werden amper lege blikjes en petflessen gevonden.
Er is tot 40% minder zwerfvuil en het zwerfvuil dat gevonden werd, was zonder sticker, dus het bewijs dat het systeem werkt.

De Vlaamse N-VA-cd&v-Open Vld-meerderheid moet de politieke moed hebben om niet langer te rekening te houden met de lobbygroepen, in casu de vzw Fost Plus, en moet resoluut kiezen voor het leefmilieu en de omgeving.(4)
Ze moet luisteren naar de gemeenten en naar de bevolking.
Tijd voor actie!

Het zou goed zijn dat meerdere gemeenten zulke proefprojecten zouden opzetten om de Vlaamse regering te overtuigen.
Gemeenten en steden zijn vaak het laboratorium, waarin beleidsdaden voor andere overheidsniveaus groeien.”