Overlopers ‘bestraffen’

Politici veranderen bij manier van spreken tegenwoordig van partij net als van ondergoed.
Ik vind dit geen goede evolutie voor de democratie.

Al in oktober 2001 heb ik, samen met sp.a-federaal volksvertegenwoordiger Dirk Van der Maelen, een aantal voorstellen gelanceerd waarbij verkozenen, die overstappen van partij, hun parlementair mandaat zouden verliezen.
Het was de periode van ‘het charmeoffensief’ van de VLD naar de CD&V toe (onder leiding van ex-CVP voorzitter Johan Van Hecke) (1).

Ik blijf een groot voorstander van gestructureerde politieke partijen.
Iemand, die na jaren actief lidmaatschap bij een bepaalde politieke partij, laat staan na er jaren mandataris te zijn geweest, overstapt naar een andere politieke partij, kan wat mij betreft de politiek nog weinig bijbrengen. En als zij/hij echt aan politiek wil doen, kan dit perfect als (bestuurs)lid en/of als militant.
Burgers, die daarvoor stemmen, zouden daar moeten bij stilstaan en zouden hier zelfs moeten op gewezen worden.
Vaak weten ze of beseffen ze ‘die overloperij’ niet.

Zo komen we nog meer in echte kiesverenigingen terecht en ik ben het fundamenteel oneens met burgers, politici en/of politicologen, die daar toekomst in zien.
Ik bedank daarvoor.
Ik doe aan politiek vanuit een duidelijke ideologische visie op de maatschappij: internationaal, nationaal en in mijn dagelijks functioneren in de samenleving, ook als ik niet meer politiek actief zal zijn.

Nu zou ik nog een stap verder willen gaan dan in mijn voorstellen in 2001: maak een wetgeving, die politici verbiedt van over te stappen naar een andere partij.
Uiteraard moet hier goed over nagedacht worden en kunnen er bepaalde beperkingen ingebouwd worden, zoals tot een bepaalde leeftijd (‘een jeugdzonde’) en/of lokale lijsten (de wetgeving zou zich beperken tot echte Vlaamse lijsten en moet goed omschreven worden).

Discussies zoals nu in Aalst met Karim Van Overmeire of in Beveren met Bruno Stevenheydens, vroegere kopstukken van het Vlaams Blok/Vlaams Belang, zouden zo kunnen vermeden worden.
Voor diegenen, die nog twijfelen aan het extreemrechts gedachtegoed van Karim Van Overmeire, zou ik willen aanraden om er zijn tussenkomsten eens op na te slaan als senator naar aanleiding van het eventueel stopzetten van de partijfinanciering van het toenmalig Vlaams Blok.
Ik was toen voorzitter van de commissie voor de Binnenlandse Zaken en voor de Administratieve Aangelegenheden in de Senaat.
Zie de website www.senate.be.

Democratie is iets moois (om Plato te citeren: “De democratie is de minst slechte staatsvorm”), maar vooral ook iets broos.
Een democratie kan natuurlijk zo democratisch zijn dat het principe op zich onderuitgehaald wordt. Daarom moeten we durven nadenken om in bepaalde omstandigheden de democratie tegen zichzelf te beschermen.
Ik ben er mij van bewust dat sommigen dit net ondemocratisch zullen noemen.

Het is precies mede door dit soort overloperij - en in wezen is en blijft het dat - dat burgers steeds minder in het gegeven democratie geloven.
We moeten er alles aan doen om deze situatie om te keren en precies opnieuw meer burgerzin bij de jongeren en de bevolking te krijgen.

Indien er zo een wetgeving zou bestaan, zouden de parlementen en zeker de colleges van burgemeester en schepenen en de gemeenteraden (na de gemeenteraadsverkiezingen van zondag 14 oktober 2012) er een heel stuk anders uitzien.
Politiek zou minder een mandatenjacht zijn.

  1. Donckier (E.). “Het moet gedaan zijn met overlopers met mandaat. Ludwig Vandenhove (sp.a)wil regeling op korte en lange termijn.” In: Het Belang van Limburg, vrijdag 2 november 2001, p. 4.

Zie onder andere de tekst “STEMMEN!” van 22 oktober 2012 op deze website.

Dit artikel is ook verschenen op www.dewereldmorgen.be.