Cartoon: Ludwig Vandenhove al ‘ingelopen’ als voorzitter commissie voor de Landsverdediging!

Sinds januari 2005 kan u op deze website wekelijks een cartoon vinden die gebaseerd is op een actuele politieke of maatschappelijke gebeurtenis, waarbij
Ludwig Vandenhove/> zelf betrokken is en/of waarover hij zijn mening geeft.
Cartoonist Dré Mathijs laat elke week zijn verbeelding de vrije loop en zorgt ervoor dat de gebeurtenis van die week wat meer in het oog springt.



De cartoons van 2005, 2006 en 2007 werden telkens tentoongesteld. In 2005 en 2006 werd er zelfs een cartoonboek gedrukt.
Wil je nog een exemplaar van het eerste cartoonboek ‘Een jaar Ludwig ludiek’ of van het tweede cartoonboek ‘Twee jaar Ludwig ludiek’ ontvangen, stuur dan een e-mail met je adres naar burgemeester@sint-truiden.be en je krijgt zo snel mogelijk een exemplaar toegestuurd (zolang de voorraad strekt).

Cartoon: Ludwig Vandenhove al ‘ingelopen’ als voorzitter commissie voor de Landsverdediging van de Kamer van Volksvertegenwoordigers!



Ik ben sedert september 2007 voorzitter van de kamercommissie voor de Landsverdediging.
Van veel ervaring kan ik nog niet spreken vermits het nu een abnormale periode is geweest met de interim-regering en de aanslepende regeringsonderhandelingen. Toch durf ik stellen dat ik al goed ingelopen ben!

Voor mij is dit een andere situatie dan mijn voorzitterschap van de senaatscommissie voor Binnenlandse Zaken en Administratieve Aangelegenheden tijdens de vorige legislatuur.

Alleen al de aanduiding is anders.
Gezien mijn ervaringen als burgemeester en mijn betrokkenheid bij het beleidsdomein binnenlandse zaken en veiligheid, was de keuze van de sp.a voor het voorzitterschap van de senaatscommissie Binnenlandse Zaken en Administratieve Aangelegenheden tijdens de vorige legislatuur bewust.
Bovendien werd ik als voorzitter naar voor geschoven omwille van het dossier migrantenstemrecht waarvan in de regering afgesproken was om dit buiten het regeerakkoord te houden en te laten behandelen door de wetgevende macht.

De aanduiding als voorzitter van de kamercommissie voor de Landsverdediging is enigszins anders verlopen.
Gezien de slechte verkiezingsuitslag van 10 juni 2007 was het niet evident welke commissie(s) precies aan de sp.a zou(den) toekomen.
Met andere woorden, de sp.a had niet zelf de keuze, zodanig dat, afhankelijk van de commissie, die we toebedeeld kregen, verschillende personen naar voren geschoven werden.
De sp.a heeft mij als kandidaat voor deze commissie naar voor geschoven omwille van mijn ervaring met militaire aangelegenheden, onder andere als burgemeester van de stad Sint-Truiden, die niet voor niets in België doorgaat als meest militaire vriendelijke stad.
Mijn ervaring met defensie was tot dan toe dan ook voornamelijk gebaseerd op contacten, die ik had vanuit de stad Sint-Truiden met de voormalige militaire basis in Brustem, de Koninklijke School voor Onderofficieren Saffraanberg en de militaire basis in Beauvechain, waarmee Sint-Truiden gejumeleerd is sedert het dichtgaan van de luchtmachtbasis in Brustem in 1996.

Met de sp.a in de oppositie is mijn positie als voorzitter van een commissie ook anders dan dat tijdens de vorige legislatuur het geval was.
Vanuit mijn ingesteldheid als politicus, vind ik het mijn plicht om loyaal te zijn aan de eigen partij en zeker ook aan de coalitie waarvan de partij deel uitmaakt.
In die zin heb ik mij als voorzitter van de senaatscommissie Binnenlandse Zaken en Administratieve Aangelegenheden altijd zeer loyaal opgesteld naar de regering in het algemeen toe en de betrokken minister(s) in het bijzonder toe.
Zoals het in de ‘oude politieke cultuur’ past (gezien de aard van de regeringsvorming is die weliswaar al lang verleden tijd!) vond ik het als commissievoorzitter in de meerderheid mijn plicht om de regering te steunen en te helpen als commissievoorzitter, niet om haar het leven moeilijk te maken.
Niet alle voorzitters waren en/of zijn die mening toegedaan.
Ik denk maar aan de toenmalige VLD-collega-senatoren Annemie Vandercasteelen en Jean-Marie Dedecker, die nochtans ook deel uitmaakten van de meerderheid, maar regelmatig op de één of andere manier de confrontatie aangingen met de regering om alzo in de media te komen.
Ik heb dit altijd een aanpak gevonden, die af te keuren valt en vind dit vandaag nog steeds.

Met de sp.a in de oppositie kan ik mij als voorzitter van de commissie voor de Landsverdediging iets meer veroorloven dan tijdens de vorige legislatuur.
Naast het voorzitterschap is het immers mijn taak om oppositie te voeren.
Vanuit mijn aard en dit heb ik ook gedaan tijdens de zes jaar dat ik in Sint-Truiden in de oppositie zat, zal dat altijd constructief zijn.

Bovendien maak ik een strikte scheiding maken tussen mijn rol als voorzitter van de commissie en als oppositielid.
Indien ik bijvoorbeeld bepaalde vragen heb en/of wetsvoorstellen wil verdedigen, dan doe ik dat vanuit de zaal en niet vanuit mijn voorzitterstoel. Dit heb ik ook altijd zo gedaan als voorzitter van senaatscommissie voor Binnenlandse Zaken en Administratieve Aangelegenheden.

Ik heb al heel wat ervaring in de politiek, maar toch is het ook voor mij steeds opnieuw aanpassen.
Flexibiliteit (of het gebrek eraan) waarover zoveel te doen is in onze maatschappij in het algemeen en zeker bij de overheid in het bijzonder is niet vreemd voor politici, ook al heeft de bevolking daar een ander idee over.
Elke keer opnieuw moeten wij ons aanpassen aan meerderheid of oppositie, aan thema’s, etc.

Zoals ik hoger reeds zei, was ik wel enigszins vertrouwd met het thema van Defensie, zij het vooral via mijn contacten als burgemeester.
Nu gaat het echter over andere items binnen het thema Defensie. Bovendien wordt Defensie meer en meer globaal aangepakt, samen met de beleidsthema’s Buitenlands Beleid en Ontwikkelingssamenwerking.
Ik heb de afgelopen maanden dan ook heel wat gelezen rond internationale politiek en internationale conflicten.
Dit alles vraagt van mij een enorme aanpassing.

Het is mijn ervaring dat, ook vanuit lectuur en het opvolgen van de media, bij internationale politiek een beetje dezelfde principes gelden als bij de nationale politiek, zelfs de gemeentepolitiek, maar uiteraard zijn de inhoudelijke invalshoeken anders.
Alleen gaat alles trager. De (tegengestelde) belangen en het aantal groepen waarmee moet gepraat en onderhandeld worden, zijn immers veel groter.

Het vergt dan ook een enorme inspanning van mij, zeker omdat ik ook het thema Binnenlandse Zaken en Veiligheid nog blijf opvolgen om mij deze thema’s eigen te maken.
Ik heb dit bijvoorbeeld al ervaren bij een aantal internationale contacten, zoals de ontvangst van Duitse officieren door mij als voorzitter van de commissie voor de Landsverdediging, mijn deelname aan de conferenties van voorzitters van de commissies voor de Defensie van de nationale parlementen van de Europese Unie (EU)-lidstaten, het bezoek aan enkele legerbasissen en mijn uiteenzetting tijdens een workshop met parlementsleden en experten uit het Midden-Oosten en Noord-Afrika over de wijze waarop de parlementaire rol kan versterkt worden bij de opstelling van de legerbegroting en de controle op de legeraankopen.

U merkt het: voorzitter van de commissie voor de Landsverdediging is andermaal een uitdaging voor mij!
Het feit dat voormalig minister André Flahaut en huidig minister van Defensie Pieter De Crem zich als ware kemphanen gedragen in de commissie voor de Landsverdediging maakt mijn taak alleen maar aantrekkelijker.

Over dit item verscheen op 6 oktober 2007 op deze website ook de tekst ‘Ludwig Vandenhove voorzitter van de kamercommissie voor de Landsverdediging’.

Tags: