Sensibiliseren én controle én handhaving

Op woensdag 24 juni 2020 heeft Inter-Agentschap Toegankelijk Vlaanderen het evaluatieonderzoek van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening (5 juni 2009) toegelicht in het Vlaams parlement in een gezamenlijke Commissie voor Binnenlands Bestuur, Gelijke Kansen en Inburgering en Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie.

De resultaten zijn ronduit bedroevendDat blijkt ook uit een antwoord van minister van Gelijke Kansen Bart Somers op een schriftelijke vraag van Vlaams sp.a volksvertegenwoordiger Ludwig Vandenhove.
Van de onderzochte steekproef van 147 vergunningsaanvragen blijkt dat er op plan slechts 8 volledig voldeden aan de vereisten van de stedenbouwkundige toegankelijkheidsverordening.
44 vergunningsaanvragen voldeden niet volledig, maar hadden geen structurele knelpunten, waardoor de aanpassingen om alsnog te voldoen mogelijk waren binnen het bestaande plan.
De overige 95 dossiers voldeden geheel niet aan de verordening. Een zware onvoldoende dus!

“We moeten blijven sensibiliseren in Vlaanderen: naar architecten en hun opleidingsinstellingen, bouwpromotoren, bouwers, bouwsector, vergunningverlenende overheden, kortom de hele samenleving.  Maar sensibiliseren is niet genoeg.
Sensibiliseren moet een vervolg en zelfs een finaliteit krijgen: controle en handhaving”, zegt Ludwig Vandenhove.
“Tegen een gebouw dat anders gebouwd wordt dan op het plan staat, moet altijd opgetreden worden. Of dat nu in strijd is met algemene stedenbouwkundige voorwaarden of met deze specifieke stedenbouwkundige verordening qua toegankelijkheid.

Handhaven blijft een algemeen probleem in Vlaanderen, dat is de laatste weken nog gebleken bij het hele politieke debat rond praktijktesten op de huur- en arbeidsmarkt. Dat zou nochtans niet mogen, nu we in de persoon van Zuhal Demir precies een specifieke bevoegdheid ‘Handhaving’ op Vlaams niveau hebben.
In plaats van zich symbolisch Vlaams minister van Justitie te noemen -een federale bevoegdheid- zou de minister zich beter concentreren op alle vormen van handhaving, die op de diverse Vlaamse beleidsdomeinen mogelijk zijn.

Moet de toegankelijkheidsproblematiek onder de antidiscriminatie wetgeving gebracht worden?
Voor mij geen probleem, maar het mag geen theoretisch debat zijn en blijven, terwijl er inmiddels qua handhaving op het terrein weer niets gebeurt.

“De verordening kan hierin een belangrijke rol blijven spelen, maar er moet nagedacht worden over een strategie, die de inzetbaarheid en implementatie versterkt.
Samen met collega Demir werk ik hierrond de komende maanden een plan van aanpak uit.”, was het antwoord van Bart Somers op mijn schriftelijke vraag.    

Er kan en moet nog veel gebeuren qua toegankelijkheid in Vlaanderen.
We staan nauwelijks aan het begin van een echt en doorgedreven beleid.

Ik kijk uit naar de aangekondigde concrete realisaties qua strategie, inzetbaarheid en implementatie van de Vlaamse regering.”