Evaluatie 10 jaar politiehervorming…vergeet de integrale veiligheid niet!

"Momenteel wordt er werk gemaakt van een evaluatie van 10 jaar politiehervorming.

Op zich vind ik dit goed, want ik heb er altijd voor gepleit, omdat dit om zo’n historische operatie gaat met betrokkenheid van zoveel mensen. Dergelijke evaluatie zou zelfs PERMANENT moeten gebeuren.", aldus burgemeester - federaal volksvertegenwoordiger Ludwig Vandenhove.

Minister van Binnenlandse Zaken Patrick Dewael heeft opdracht gegeven aan de federale politieraad om deze evaluatie voor te bereiden.
In wat dit alles moet uitmonden, is op dit ogenblik niet duidelijk.

 

 

Ook de Adviesraad van Burgemeesters, waar Ludwig Vandenhove lid van is, heeft zich over deze evaluatie gebogen. Hiermee is onder andere rekening gehouden met een bevraging, die de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) georganiseerd heeft bij de Vlaamse burgemeesters.

Uit deze bevraging blijkt dat Vlaamse burgemeesters over het algemeen vrij tevreden zijn over de politiehervorming.

Maar…in een evaluatie kan uiteraard enkel maar datgene bevraagd worden wat al bestaat en/of functioneert. In die zin zijn er bijvoorbeeld geen vragen gesteld over het integrale veiligheidsbeleid of precies het ontbreken ervan (!?) in de meeste politiezones.

 

"Mijn pleidooi is er dan ook een om bij de definitieve evaluatie van 10 jaar politiehervorming - en ik herhaal dat dit wat mij betreft bijna permanent moet gebeuren, zoals er tijdens de vorige legislatuur bijvoorbeeld de commissie Brice De Ruyver was - rekening gehouden wordt met het aspect ‘integrale veiligheid’.", aldus Ludwig Vandenhove.

"Zoals ik al vaak gezegd en geschreven heb, is voor mij een integrale veiligheidsaanpak ‘de’ oplossing voor het veiligheidsprobleem in de gemiddelde Vlaamse en zelfs Belgische stad, de grootsteden niet te na gesproken."

 

In die zin heeft burgemeester - federaal volksvertegenwoordiger Ludwig Vandenhove ook een parlementaire vraag gesteld in de commissie voor de Binnenlandse Zaken, de Algemene Zaken en het Openbaar Ambt.

 

Hieronder vindt u integraal de vraag en het antwoord. U vindt deze tekst ook op www.dekamer.be bij de commissieverslagen van 25 november 2008.

 

 

Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken over "de evaluatie van de politiehervorming" (nr. 8657)

 

 

Ludwig Vandenhove
Mijnheer de minister, deze vraag gaat over de evaluatie van de politiehervorming, die op dit moment volop bezig is bij de Federale Politieraad en ook gebeurt via een bevraging vanuit de verschillende steden en gemeenten in de drie Gewesten. Komt daarbij ook het idee van integrale veiligheid aan bod?

 

 

Ik heb daarop reeds antwoord gehad, zowel van de Federale Politieraad als van de VVSG. Men zegt dat men niet kan evalueren wat niet bestaat. Dat is natuurlijk correct. Anderzijds is het bij een evaluatie de bedoeling om er conclusies uit te trekken.

 

 

Ten eerste, hoe gaat u om met dat evaluatiegegeven van integrale veiligheid?

 

 

Ten tweede, het feit dat er daaraan in de praktijk nu relatief weinig wordt gewerkt, is natuurlijk geen reden om te zeggen dat men dat niet kan evalueren en daaruit dus ook geen conclusies kan trekken. Ik zou van u willen horen hoe u daarmee omgaat. Ik heb het dan niet zozeer over het federale niveau, over de nationale veiligheidsplannen, maar vooral over de lokale politiezones.

 

 

Minister Patrick Dewael
Mijnheer de voorzitter, de beslissing om de evaluatie toe te vertrouwen aan de Federale Politieraad is genomen, omdat gebleken is dat het de meest geschikte instantie is voor die taak. Ik houd daarbij ook rekening met de nogal gevarieerde multidisciplinaire samenstelling.

 

 

Ik laat het natuurlijk aan de Federale Politieraad en zijn voorzitter om de werkzaamheden vorm en inhoud te geven. Ik heb mij dus niet in hun plaats gesteld over een aantal vragen over de methode van aanpak, over de procedure die wordt gevolgd en dergelijke meer.

 

 

De aandacht moet vanzelfsprekend in eerste instantie uitgaan naar de organisatie, de werking van onze politiediensten. Het is natuurlijk niet uitgesloten dat in het kader van het onderzoek het terrein wordt uitgebreid naar andere actoren die ook kunnen bijdragen tot een integrale of meer geïntegreerde veiligheidsaanpak.

 

 

Op het lokale niveau, zowel vanuit de lokale besturen als vanuit de lokale politie, vindt die integrale veiligheidsgedachte meer en meer ingang. Er wordt dus met andere woorden gestreefd – ik vind dat gezond en goed – naar een optimale afstemming van alle componenten van het fenomeen en van alle betrokken partners, om een coherente aanpak na te streven.

 

 

Bij de opmaak van de zonale veiligheidsplannen moeten de verschillende partners van die veiligheidsketen worden betrokken en moet het plan dus ook worden afgestemd op het gemeentelijk veiligheidsbeleid. Vaak beschikken de gemeenten nog niet over een lokaal integraal veiligheidsplan. Vanuit mijn departement wordt er momenteel een advies- en ondersteuningstraject uitgebouwd om steden en gemeenten stapsgewijs te begeleiden bij de conceptie en implementatie van het lokaal integraal veiligheidsbeleid.

 

 

Ik verneem dat de evaluatie zal klaar zijn begin volgend jaar. Ik stel mij voor dat de raad daarmee rekening zal hebben gehouden. Collega Vandenhove, het is alleszins mijn bedoeling om te vragen dat de commissie uitgebreid en uitvoerig de kans zal krijgen om over de evaluatie van gedachten te wisselen, zodat wij samen de nodige conclusies daaraan kunnen verbinden.

 

 

Ludwig Vandenhove
Mijnheer de minister, ten eerste, ik heb zeker niet in twijfel getrokken dat de Federale Politieraad het geëigende orgaan is om die evaluatie te doen.

 

 

Ten tweede, ik weet dat er een aantal aanzetten tot initiatieven zijn om ook in lokale politiezones die integraleveiligheidsgedachte ingang te laten vinden. Voor mij persoonlijk – en dat hoor ik ook als ik praat met mensen op het terrein – is die aanzet echter te beperkt.

 

 

Als dat rapport klaar is, zullen ongetwijfeld wel de nodige initiatieven worden genomen. Ik hoop dat dat in de eerste plaats hier in het Parlement zal kunnen en ook daarbuiten. Daarvan kunnen wij gebruikmaken om de idee van integrale veiligheid een stuk meer ingang te doen vinden en ervoor zorgen dat het niet blijft bij vrijblijvende suggesties.

 

 

Wij moeten ook werken met circulaires en andere dingen. Wij moeten de lokale politiezones hun autonomie respecteren en hen er tegelijk van overtuigen dat dat voor een goede basispolitiewerking van essentieel belang is.