Camera’s wegdoen: wie durft het?

“Gewoonlijk vernemen we in de media dat een gemeente weer maar eens camera’s bijplaatst of er nieuwe aanschaft, die ‘nog beter’ werken.
Grenoble in Frankrijk is bij mijn weten de eerste stad, die alle veiligheidscamera’s verwijderd heeft” (1), zegt Vlaams volksvertegenwoordiger Ludwig Vandenhove.

Voor wanneer is de eerste Belgische of Vlaamse stad?

Als ‘medevader’ van de camerawet, ben ik altijd een koele minnaar geweest van (te)veel camera’s te plaatsen.
Subjectief geeft dat een veiligheidsgevoel, objectief is dat iets anders.
Over dat laatste - vermindert de criminaliteit door het plaatsen van camera’s? - heb ik nog nooit grondige analyses en doorlichtingen gezien. Als camera’s zo zaligmakend zijn, zou dat toch moeten blijken uit vergelijkingen van de criminaliteitscijfers voor en na het plaatsen van camera’s. Ik vraag bijvoorbeeld regelmatig die cijfers op in mijn eigen lokale politiezone Sint-Truiden-Gingelom-Nieuwerkerken. Maar ze zijn er, alleszins officieel, niet.

Bovendien werden oorspronkelijk camera’s geplaatst om daders af te schrikken en misdaden te  voorkomen.
Ondertussen is de finaliteit eerder verschoven naar het vinden van de daders en/of het oplossen van bepaalde feiten: een heel andere insteek. Bij een grondige analyse van de cijfers zou ook dat onderscheid kunnen/moeten gemaakt worden.

De reacties van de bevolking in Grenoble? Traditioneel, het wordt onveiliger, maar zonder concrete cijfers.

De politieke situatie in Grenoble? Burgemeester Eric Piolle van ‘Les Verts’ is recent na de gemeenteraadsverkiezingen voor de tweede opeenvolgende keer met grote voorsprong burgemeester geworden. Dus na het wegdoen van de camera’s.

Interessant om op te volgen.”